Hoeven


De ondergrond waarover de paarden lopen varieert per gebied. Aangezien de Nederlandse bodem tot de zachtste ter wereld behoort, kun je eenvoudigweg stellen dat paarden over het algemeen over een hardere ondergrond lopen dan dat ze in onze sappige weitjes kunnen tegenkomen. Veel paarden leven in berggebieden en lopen dan ook over keiharde rotsbodems die bezaaid zijn met scherpe stenen.

Alle wilde paarden blijken gezonde hoeven te hebben waarmee ze tot prestaties in staat zijn waarvan wij bij onze gedomesticeerde paarden slechts kunnen dromen. Bepaalde hoefproblemen zoals hoefkatrolontsteking zijn nergens bij wilde paarden geconstateerd en blijken dus in de vrije natuur gewoon niet te bestaan!

Hoe is het mogelijk dat paarden in de natuur altijd gezonde hoeven hebben en nooit ijzerbeslag nodig hebben ongeacht het aantal kilometers dat ze afleggen op ruwe ondergrond? Hoe is het mogelijk dat bij paarden die door mensen worden verzorgd de hoeven een grote bron van problemen zijn en niet zonder beslag lijken te kunnen? De redenen vinden hun oorsprong in drie verschillen: De voeding, huisvesting en bekapping.

Het belangrijkste verschil in hoeven tussen wilde paarden en gedomesticeerde paarden is de manier waarop we de hoeven bekappen. Een onnatuurlijke bekapping verzwakt de hoef, hoefijzers richten grote schade aan. Waar wilde paarden dagelijks tientallen kilometers over een rotsbodem rennen kunnen gedomesticeerde paarden veelal niet eens een grindpad oversteken, zonder de hoeven te beschermen tegen datgene waar ze voor gemaakt zijn: contact met de ondergrond.

Geen opmerkingen: